Skip to main content

De heruitgevonden Hortahal

    Bijna honderd jaar na de opening schrijft het Paleis voor Schone Kunsten van Brussel een nieuw hoofdstuk in zijn geschiedenis. De Hortahal, de grote atriumruimte die het kloppend hart vormt van het door Victor Horta ontworpen gebouw, werd volledig herzien. Het project, toevertrouwd aan het architectenbureau Giusto Van Campenhout in samenwerking met kunstenaar Michel François, heeft tot doel deze doorgangsruimte om te vormen tot een echte leefruimte.

    De ontwerpwedstrijd die Bozar in 2024 uitschreef, lokte niet minder dan honderd inzendingen. Het duo François–Van Campenhout wist de jury uiteindelijk te overtuigen met een voorstel dat werd omschreven als “duidelijk, functioneel en resoluut poëtisch”. Hun visie onderscheidt zich door een benadering die zowel respectvol is voor het erfgoed als openstaat voor nieuwe vormen van gebruik.

    “De Hortahal bevindt zich op het kruispunt van alle disciplines die wij verwelkomen: muziek, beeldende kunst, film, debatten…”, benadrukt Christian-Christophe Slagmuylder, artistiek directeur van Bozar. “Ze moest meer worden dan een gang of een wachtzaal: een plaats van gastvrijheid.”

    Drie architecturale ingrepen

    Drie ingrepen vormen de kern van de metamorfose:

    • Een lichte, mobiele binnentent, als een zwevende structuur die de ruimte herdefinieert zonder de monumentaliteit van Horta aan te tasten.
    • Een tapijt dat het patroon van de marmeren vloer herneemt, wat zorgt voor visuele en akoestische zachtheid, met respect voor de herinnering van de plek.
    • Modulair en circulair meubilair, ontworpen om zich aan te passen aan de noden, in een logica van duurzaamheid en hergebruik.

    Deze combinatie verzoent de akoestische hardheid van het marmer met een warmere sfeer, bevorderlijk voor gesprekken, ontmoetingen en performances.

    Een veeleisende context

    Het in 2014 opgerichte atelier Giusto Van Campenhout, geleid door Nelson Van Campenhout en Santiago Giusto, met vestigingen in Brussel en Buenos Aires, verwierf in enkele jaren tijd erkenning voor zijn gevoelige, mensgerichte projecten die pragmatisme, natuur, licht en soepele vormen combineren. Hun interventie is poëtisch, sober, tegelijk respectvol en gedurfd.

    “De Hortahal kan worden gezien als het schip van een kerk, zeer gecentreerd, met een progressieve sequentie naar de trappen toe. Deze nieuwe agora is eveneens een centraal punt binnen het museum en fungeert bijna als een stedelijk plein, ook voor de buurt,” legt architect Nelson Van Campenhout uit.

    In zijn tentoonstellingen, zoals Contre Nature in Bozar in 2023, onderzoekt Michel François de kwetsbaarheid van het leven, de spanning tussen kracht en desintegratie, en de relatie tussen object en omgeving. François creëert niet enkel voor het oog, maar ook voor het lichaam, de beweging, de beleefde ruimte. Of het nu gaat om zijn immersieve installaties of zijn werken met materie, geluid, tast en veranderend licht, hij streeft ernaar dat het werk een ervaringsruimte wordt. De heringerichte Hortahal past volledig binnen die benadering: het gaat niet enkel om kijken, maar om zijn in de ruimte — er verblijven, zich verplaatsen, deelnemen.

    “Het bestek vereiste een gastvrije, demonteerbare ruimte met akoestische kwaliteiten, die veel mensen kon ontvangen. De keuze voor een zekere ingetogenheid werd onmiddellijk gemaakt, uit respect voor de architectuur van de plek. Het tapijt, waarop een exacte kopie van de marmeren vloerplaten is gedrukt, speelt met deze discretie en eenvoud,” legt Michel François uit.

    De kunstenaar heeft vaak gewerkt aan publieke ruimtes en grootschalige installaties. Het Hortahal-project confronteert hem opnieuw met een veeleisende context: een beschermd monument, geklasseerde architectuur, meervoudig gebruik. Het biedt hem een nieuwe kans om te tonen hoe een kunstwerk zich kan inschrijven — zonder opdringerigheid — in een erfgoed, terwijl het dit geleidelijk transformeert.

    “De monumentaliteit is sterk aanwezig op deze plek. Ik wilde een verticaliteit creëren tussen het glazen dak en de marmeren vloer, tussen licht en steen. De sluier wordt een beweegbare kamer, die men kan op- of neerhalen, en die het idee van beweging introduceert in deze immense minerale ruimte,” voegt Michel François toe.

    Erfgoed en flexibiliteit

    Het herinrichten van een geklasseerde ruimte is geen eenvoudige opgave. Elke ingreep moet passen binnen het respect voor Horta’s werk. Het akoestische vraagstuk, problematisch in een open en minerale ruimte, werd aangepakt. En het evenwicht tussen permanentie en flexibiliteit werd zorgvuldig onderzocht: de ruimte moest herkenbaar blijven zonder ooit verstard te raken.

    In tegenstelling tot andere grootschalige erfgoedprojecten werd dit initiatief volledig gefinancierd met eigen middelen van Bozar — een teken van het strategisch belang van de Hortahal binnen de nieuwe artistieke koers van het huis. Met deze herinrichting wil Bozar zijn roeping als multidisciplinair kunstencentrum herbevestigen. De Hortahal zal niet langer enkel dienen als doorgangsruimte voor haastige bezoekers, maar als plek om te verblijven, te praten en zelfs artistieke interventies bij te wonen.

    Door deze monumentale ingang nieuwe adem en souplesse te geven, transformeren Michel François en Giusto Van Campenhout de hal tot een echte culturele agora. Een discrete maar essentiële metamorfose die architectuur en beeldende kunst samenbrengt als dragers van gastvrijheid.

    Projectpartners

    • Algemene conceptie: de Belgische kunstenaar Michel François en de architecten Nelson Van Campenhout en Santiago Giusto van het bureau Giusto Van Campenhout.
    • Textielontwerp: Flore Fockedey
    • Installatie: Epigone, Triline s.a.
    • Tapijtrealisatie: Carpet Society
    • Fotografie voor het tapijt: HV Studio
    • Houtwerk: Atelier365
    • Meubilair (Fritz Hansen Grand Prix stoelen): Dominique Rigo
    • Akoestiek: Kahle Acoustics
    • Architectuurwedstrijd gehouden in 2024 in samenwerking met de Bouwmeester Maître Architecte (BMA)

     

    — 23 oktober 2025 —