Geen versoepeling van de renovatieplicht

Vlaams minister van Energie Melissa Depraetere (Vooruit) kant zich tegen een verdere versoepeling van de renovatieplicht. Die verplichting loslaten is volgens haar slecht voor de koopkracht van gezinnen en huurders. Dat heeft ze woensdag in het Vlaams Parlement geantwoord op vragen van Aimen Horch (Groen), Chris Janssens (Vlaams Belang), Marianne Verhaert (Open VLD) en Jos D'Haese (PVDA).
Nu de Vlaamse regering de verbouwpremies voor de hoogste inkomens schrapt, gaan er ook stemmen op om de renovatieplicht te versoepelen. Volgens die verplichting moeten nieuwe eigenaars van een energieverslindende woning, meer bepaald met een energielabel E of F, die woning binnen de vijf jaar renoveren tot label D. Een eerder geplande verdere verstrenging vanaf 2028 werd wel al geschrapt.
Vorige week liet ook Vooruit-voorzitter Conner Rousseau verstaan dat hij "open staat" voor een debat over de verdere versoepeling van de verplichting. Ook coalitiepartner CD&V drong aan op een versoepeling. "Natuurlijk willen we dus ook een verdere versoepeling bekijken. Doelstellingen moeten haalbaar en betaalbaar zijn. Het moet zinvol blijven", klonk het ook bij N-VA-minister Ben Weyts.
De deur voor een versoepeling leek daarmee open te staan. Maar die deur lijkt minister van Energie Melissa Depraetere (Vooruit) meteen opnieuw te sluiten. Zij zegt dat de mogelijke effecten van een versoepeling intussen zijn bekeken.
Volgens haar dreigen onder meer huurders op te draaien voor zo'n versoepeling. Zo zouden verhuurders minder gestimuleerd worden om te renoveren en op die manier zouden huurders achterblijven met hogere energie. Daarnaast vreest de Vooruit-minister dat de prijs voor woningen met een E- en F-label ook zou stijgen bij het wegvallen van de plicht, terwijl die woningen nu net gespaard blijven van de prijsstijgingen. "Dat komt natuurlijk omdat mensen zich ervan bewust zijn dat er een renovatiekost bij komt. Maar we moeten ook wel eerlijk zijn: als de renovatieplicht volledig verdwijnt, weten we heel goed wat er zal gebeuren met de woningprijzen en wie daarvan de dupe zal zijn."
Na een renovatie en het bereiken van een beter energielabel stijgt ook de waarde van een woning en verlaagt de energiefactuur. Ook dat is goed voor de koopkracht, zo luidt de redenering.
Oppositiepartijen Vlaams Belang en PVDA reageerden scherp op het antwoord van Depraetere. "U neemt de mensen voor dwazen", zei Vlaams Belang-fractieleider Chris Janssens, wijzend op de tegengestelde uitspraken. PVDA-fractieleider Jos D'Haese vroeg zich af waar Conner Rousseau zat: "Hij kan wel naar de camera's in de Kamer lopen om te gaan zeggen dat de renovatieplicht versoepeld moet worden, maar hij is niet dapper genoeg om u hier in de ogen te kijken als u zegt dat dat allemaal quatsch was en dat die renovatieplicht gewoon overeind blijft".
En terwijl de minister de deur naar een versoepeling wil sluiten, lijkt coalitiepartner N-VA de optie toch graag open te houden. "Onze partij heeft bij de regeringsvorming heel hard gevochten om duidelijk te maken dat we tegen een verdere verstrenging van het renovatiebeleid zijn. Het spreekt voor zich dat we openstaan om verdere versoepelingen te bekijken", zei Mieke Claes. CD&V-parlementslid Robrecht Bothuyne draaide de zaak om. Als de minister de renovatieplicht wil behouden, dan moet ze er ook voor zorgen dat die renovatie "haalbaar en betaalbaar is voor elke Vlaming", bijvoorbeeld door renteloze en goedkope renovatieleningen.
Depraetere herhaalde ook dat de gedeeltelijke afschaffing van de verbouwpremies voor haar "geen fijne keuze" was. "Ik had dat liever niet moeten doen". Maar in de huidige moeilijke budgettaire context is het volgens haar wel verdedigbaar om de premies toe te spitsen op de "70 procent laagste- en middeninkomens". De Vooruit-minister herhaalt ook dat er overgangsmaatregelen komen voor mensen die volop aan het verbouwen zijn of op het punt staan om te verbouwen. Bedoeling is om die overgangsmaatregelen "tegen het einde van de maand" rond te hebben.